Meng de gist met een beetje lauwwarme melk en de suiker en laat dit 10 minuten staan. Zeef de bloem en doe er het gistmengsel bij en beetje bij beetje de rest van de melk en kneed dit met de hand tot een mooi deeg. 
Laat het deeg een uur rijzen met een vochtige handdoek over de kom, op een warme en tochtvrije plaats. 

In die tussentijd kun je de vulling gaan maken. 
Fruit de ui in wat zonnebloemolie glazig en bak op laatste moment ook de knoflook mee. Voeg het gehakt tot en rul deze gaar. Voeg naar eigen smaak de sambal toe, ketjap en vijfkruidenpeder en bak de mee. Snij de selderijblad fijn en voeg deze toe aan het gehaktmengsel. Laat het afkoelen. 

Als het uur om is en het deeg mooi gerezen is maak je hier bolletjes van. Strooi wat bloem op je werkblad en duw een bolletje deeg plat met je handpalm, tot je een soort mini pizzabodem hebt. Leg in het midden wat gehaktmengsel en vouw het deeg dicht door met een beetje water ze vast te plakken. Maak er een mooie bol van. Laat dit nog 10 minuten rijzen onder een vochtige handdoek. 

Neem een stoompan, smeer de bodem van het stoomgedeelte in met olie. Zodra het water aan de kook is kun je de eerste bapao’s al gaan stomen. Leg ze niet te dicht tegen elkaar aan, want ze gaan nog uitzetten. 
Stoom ze voor ongeveer een kwartiertje, met een handdoek onder de deksel en open de deksel niet tussendoor.